Presteren is voor mij het maximale uit mijzelf halen op dé momenten die er écht toe doen. Daarbij ligt voor mij de focus op hetgeen ik zelf in de hand heb, niet op wat mijn tegenstanders doen. Wel op wat ik eet, hoe ik me fysiek voorbereid, hoe mijn raceplan er uit ziet en wat er in mijn hoofd omgaat. Dat zijn voor mij altijd de handvatten geweest om vol overtuiging aan de start te verschijnen en om mijn beste prestatie neer te zetten.
“Eat like an athlete, sleep like an athlete, think like an athlete; live like an athlete.
It’s more than a full time job. It’s a way of life.”
Deze quote omschrijft de filosofie waarmee ik mijn doelen als topsporter altijd heb nagestreefd. Dat doel was op een gegeven moment de Olympische Spelen van Beijing, en daarna London. Mijn ambitie, of misschien wel droomdoel, was om daar een medaille te halen. In Beijing ben ik daarbij -met het varen van de Olympische finale- in de buurt gekomen. In London heb ik slechts toe kunnen kijken. Door veel mensen wordt dat niet als succes gezien, als ik in een lezing daar echter met het publiek over in discussie ga blijkt succes veel genuanceerder te zijn. Voor mij was Beijing zonder meer een succes; ik presteerde ultiem door het beste uit mijzelf te halen op het moment dat het er écht toe deed.
Als je serieuze doelen hebt en daar aan gecommitteerd bent is het belangrijk alles wat je doet in het teken van dat doel te zetten om het te bereiken. Als topsporter, anders dan in het normale leven, heb je gewoonlijk ook de luxe dat ook te kunnen doen. Het is een totaal aanpak die een totale sporter vereist om het tot een succes te brengen. Andre Agassi weet dit in zijn autobiografie OPEN te beschrijven als;
“To know what yout body want’s, to understand what it needs and what it doesn’t you need to be part engineer, part mathematician, part artist, part mystic.”
Agassi beschrijft hiermee mooi de veelzijdigheid van een sporter. Als topsporter wil je de beste zijn om de ultieme run te varen. Je kan alleen niet de beste zijn op elk gebied. Je hebt dus specialisten nodig om je op die gebieden te ondersteunen en zo de beste sporter te worden die je kan zijn.
Tijdens mijn topsportcarrière had ik de unieke positie en eer om met een aantal van dat soort specialisten in mijn team te werken. Dat team is voor mij in 2008 kritisch geweest om me voor de Olympische Spelen te kwalificeren, maar natuurlijk ook om de OS finale te bereiken. Stuk voor stuk hebben deze mensen mij belangrijke lessen geleerd. Lessen waarmee ik een betere sporter geworden ben, maar ook nu nog steeds een beter mens probeer te zijn.